Aquaplaning of watergladheid ligt aan de oorzaak van heel wat ongevallen op onze wegen.
Aquaplaning of watergladheid ligt aan de oorzaak van heel wat ongevallen op onze wegen. Wanneer je met jouw wagen door de regen of plassen rijdt, zorgen de inkepingen van jouw autobanden ervoor dat het water wordt afgevoerd en jouw banden contact houden met het wegdek. Wanneer de inkepingen echter de hoeveelheid water niet aankunnen, ontstaat er een laagje water onder de wielen die dus kan leiden tot controleverlies.
Waarom is aquaplaning gevaarlijk?
Een dun laagje water onder de wielen kan ervoor zorgen dat je wagen grip op de baan verliest waardoor je ongecontroleerd gaat slippen. Hoe dieper het water en hoe hoger jouw snelheid, hoe groter ook het risico.
Welke factoren hebben invloed op aquaplaning?
Uiteraard vormt snelheid het grootste risico op vlak van aquaplaning. Jouw banden hebben bij hoge snelheden namelijk onvoldoende tijd om water af te voeren voordat ze van het wegdek worden opgetild. Naast snelheid verhogen ook de volgende factoren het risico op aquaplaning:
- Profieldiepte. Hoe meer je rijdt, hoe meer jouw banden verslijten. Doordat jouw banden verslijten, neemt ook de profieldiepte af waardoor er minder ruimte is om water af te voeren
- Profielpatroon. Bepaalde banden met specifieke profielpatronen kunnen beter water afvoeren dan anderen
- Bandenmaat. De grootte van het stuk band dat de weg raakt, heeft rechtstreeks invloed op het risico tot aquaplaning. Hoe groter het contactoppervlak, hoe kleiner het risico
- Bandendruk. Zowel te hard als te zacht opgepompte banden kunnen het risico op aquaplaning verhogen
- Waterdiepte. Hoe dieper het water is, hoe moeilijker jouw auto grip op de weg kan houden
- Watersamenstelling. Bepaalde elementen zoals vuil, olie en zout hebben invloed op de dichtheid van het water
- Aandrijving voertuig. Het risico op aquaplaning is bij bepaalde omstandigheden groter bij 4-wielaandrijving dan bij 2-wielaandrijving
- Gewicht voertuig. Hoe zwaarder jouw auto, hoe minder kans op aquaplaning. Hoe lichter jouw auto, hoe meer kans op aquaplaning
- Wegdek. Aquaplaning komt eerder voor op vlakke wegen dan wegen met groeven
- Hoe herken ik aquaplaning?
- Wanneer jouw banden grip verliezen op de weg, zie je een verhoging van het toerental van de motor en een onjuiste snelheidsweergave. Afhankelijk van welke wielen (voorwielen, achterwielen of beiden) grip verliezen, zal je zijwaarts of recht slippen.
Hoe voorkom ik aquaplaning?
Je kan een aantal zaken doen om het risico op aquaplaning te verminderen:
- Banden controleren. Let daarbij op de spanning en slijtage van jouw banden. De meest optimale druk is verschillend per wagen. Het optimale profiel van de banden is 1,6 mm zodat het water goed wordt afgevoerd
- Afstand houden. Houd er rekening mee dat jouw remafstand op een nat wegdek 2 tot 3 keer langer is. Neem dus voldoende afstand van jouw voorligger
- Snelheid aanpassen. Hoe sneller je rijdt, hoe moeilijker jouw banden het water kunnen afvoeren. Pas dus jouw snelheid steeds aan naargelang de omstandigheden
- Cruise control afzetten. De cruise control zorgt ervoor dat jouw banden op de ingestelde snelheid rijden. In het geval van slippen is het juist aangeraden om jouw snelheid manueel te minderen. Ook zou de reactiesnelheid om te remmen tijdens een aquaplaning trager zijn wanneer de cruise control is ingeschakeld
Door de bovenstaande zaken in het achterhoofd te houden, verminder je sowieso al het risico op aquaplaning. Ze vormen uiteraard geen garantie dat je aquaplaning volledig kan vermijden.
Hoe reageer ik op aquaplaning?
Ondanks alle voorzorgen kan het gebeuren dat je toch te maken krijgt met aquaplaning. Hieronder geven we je mee hoe je daar het best op reageert:
- Kalm blijven. Panikeer niet. Jouw auto krijgt terug grip van zodra je op een stuk weg komt met minder water en jouw snelheid mindert
- Op de motor remmen. Ga niet plotseling remmen. Op die manier kan je namelijk controle over je stuur kwijtraken. Je kan best afremmen op de motor door het gaspedaal te laten opkomen en de versnelling ingeschakeld te laten
- Handen aan het stuur houden. Probeer steeds de koers aan te houden door het stuur steeds goed vast te houden en je te focussen op het traject die je moet afleggen